De ruimteagentschappen ESA en JAXA hebben samen besloten om de Europees-Japanse infraroodtelescoop SPICA uit de competitie voor ESA’s vijfde middelgrote missie (M5) te halen. SPICA behoorde tot de laatste drie kandidaten voor M5, als onderdeel van ESA’s Cosmic Vision-programma. Hoewel de laatste beoordeling aantoonde dat de ruimtemissie in technisch opzicht goed haalbaar is, hebben ESA en JAXA besloten dat de missie te kostbaar wordt om door te gaan met de ontwikkeling.
SPICA drong ruim twee jaar geleden door tot de laatste selectieronde voor M5, waarvoor meer dan 30 missies in de race waren. Sindsdien heeft het SPICA-consortium onder leiding van SRON haar missievoorstel verder uitgewerkt. SPICA zou de ontstaansgeschiedenis van het heelal en de evolutie van sterrenstelsels in kaart gaan brengen, van tien miljard jaar geleden tot nu. Bovendien willen astronomen de omstandigheden bestuderen waaronder planetaire systemen ontstaan die lijken op ons eigen zonnestelsel. Infraroodstraling is daarvoor geschikt omdat het dwars door ruimtestof heenvliegt, terwijl bijvoorbeeld zichtbaar licht dan juist wordt geblokkeerd.
drie instrumenten
SPICA zou drie instrumenten aan boord hebben. Een Europees consortium onder leiding van SRON zou de ver-infraroodspectrometer SAFARI maken, Japan zou een combinatie van een mid-infraroodcamera en spectrometer ontwikkelen, en Frankrijk leidde een Europees samenwerkingsverband dat een ver-infraroodcamera en polarimeter voorbereidde.
De twee overgebleven kandidaten voor de M5-missie zijn nu de EnVision-missie naar Venus en de Transient High-Energy Sky and Early Universe Surveyor (THESEUS). Volgens de huidige planning wordt de M5-missie in 2032 gelanceerd.